Dag 11 (Flores)

Het was vandaag weer een zware dag om te reizen. Ik had vanmorgen 3/4 sneetje brood met jam gegeten om toch wat in mijn maag te hebben, vooral omdat we door de bergen reizen. Met name maakt dat het reizen zwaar. De ene haarspeldbocht na de andere, er komt soms geen einde aan. Gelukkig boffen we enorm met onze chauffeur. Julius rijdt ontzettend goed en beheerst. We voelen ons heel veilig met hem.

Hopelijk hebben we morgen de laatste lange reisdag. We moeten zoveel reizen, omdat we Flores van zuid naar noord richting westen doorkruizen. En dan is het met het reizen gedaan. Na morgen gaan we op de boot, die ons naar de Komodo-eilanden, brengt. We blijven 2 nachten op de boot en dan vliegen we terug naar Bali en daar zijn de afstanden niet zo groot (hoop ik tenminste).

We hebben vandaag de traditionele dorpen Bena en Luba bezocht. Hier woont het volk Ngada, dat vooral de nadruk legt op de relatie man en vrouw. Die zijn onverbrekelijk met elkaar verbonden. Ook voorouderverering speelt een belangrijke rol in het dagelijkse leven.
Rond een open ruimte waar de voorouders begraven liggen, staan adathuizen die mannelijke en vrouwelijke voorouders uitbeelden. Op een vrouwelijke huis staat een klein huisje en op de mannelijke een strijder.

Daarna reden we door een groen, bergachtig gebied met vele kruidnagelbomen naar Ruteng. In Aimere hebben we een stop gemaakt bij een arakstokerij. Arak is een soort jenever, die gemaakt wordt van het sap van de lontarpalm. We hebben het geproefd en we vonden het allemaal niet lekker. Vitalis is er wel een liefhebber van, dus die kocht een flesje. Het is een illegale stokerij, maar waarschijnlijk wordt er flink geschoven, zodat de politie een oogje dichtknijpt, aangezien de stokerij gewoon van de weg af te zien is.